terug

18-10-2019

18-10-2019
Loopgraven, stinkende ruimtes en jonger dan 26 jaar
Een paar daagjes roadtrippen door België was het plan. Het voornaamste doel was de loopgraven rondom Ieper bezichtigen. We begonnen bij het mooie en uitgebreide museum Passchendaele. Voordat Danny en ik naar binnen gingen, moest de maag nog even gevuld worden. De honger ging bijna spontaan over, toen we de geur in het restaurant roken. Er was verder geen andere optie in de buurt, dus we aten toch maar een kom soep. Eenmaal in het museum aangekomen was Danny opeens jonger dan 26 jaar geworden (echte leeftijd maar liefst 32 jaar), zodat hij een paar euro van de ticketprijs afkreeg met zijn studentenpas en ik kreeg korting, omdat ik lerares ben. Door middel van een audioguide werden we door het museum geloodst. Helaas moesten we de audioguide op standje 100 zetten en een oor dichthouden, want door de hordes scholieren verstonden we er amper wat van. Ik beet op mijn tong om niet de lerares uit te hangen. Het museum gaf veel informatie en had zelfs een nagebouwde dug-out en loopgraven. Nadat Danny van de trap was gedonderd, reden we naar een begraafplaats, Tyne Cot, waar bijna 12.000 vooral Britse soldaten van de Eerste Wereldoorlog lagen begraven.We reden vervolgens naar Ieper waar we naar ons airbnb gingen. We kregen gratis fietsen mee om naar het centrum te fietsen. Daar liepen we wat rond, onder andere over de stadsmuur waar ook verschillende begraafplekken lagen. Nadat we bij een heerlijke Thai gegeten hadden, gingen we rond 19.30 uur naar de Menenpoort om tot 20.00 uur te wachten op The Last Post. De trompetten speelden precies om 20.00 uur The Last Post om de slachtoffers van de Eerste Wereldoorlog te herdenken. Er werd een minuut stilte gehouden en vervolgens werden er heel wat kransen gelegd bij een monument. Eerlijk gezegd hadden Danny en ik verwacht dat dit wel een kippenvelmomentje zou opleveren. Dit bleef uit. Misschien omdat het te lang geleden is en we er in onze eigen omgeving niet veel over hebben gehoord? Het is in ieder geval een feit dat er elke dag een opkomst is variërend van enkele tientallen tot soms wel enkele honderden toeschouwers die de herdenking bezoeken.
Terug in het airbnb moesten we toch even slikken. De gang en onze kamer stonk een uur in de wind. Kattenpis was onze conclusie! Niet te harden! Met een gevonden geurflesje, dat waarschijnlijk niet voor niets op de kamer stond, probeerde ik de geur te verdrijven. Dat had enigzins effect. Het ontbijt de volgende morgen met onze host maakte veel goed. De man had heerlijk gezorgd voor croissant, eitjes, broodjes en zelfs hagelslag. Hij had hele bijzondere reisverhalen te vertellen over trektochten in de bergen die hij organiseerde en hij wist veel van oorlogen af. Zo had hij ons ook aangeraden om naar een 20 minuten durende film in het toeristencentrum van Kemmel te gaan. Hier kregen we informatie over het gangenstelsel dat de Britten hadden gegraven onder de loopgraven van de Duitsers door. Ze plaatsten mijnen precies onder de stellingen van de Duitsers. Op een morgen hebben ze op meerdere plaatsen de mijnen laten ontploffen, zodat alles en iedereen de lucht in werd geblazen. Na de film reden we naar een kratermeer dat gevormd was door de enorme kracht van een explosie. Indrukwekkend om te zien hoe groot het meer was en hoe krachtig en bruut de explosies waren.
Vervolgens gingen we naar Bayernwald. Dit zijn Duitse loopgraven die gerestaureerd waren. Braaf hadden we bij het toeristencentrum kaartjes gekocht. Danny was natuurlijk weer jonger dan 26 jaar. We stonden voor de automatische poort, staken ons kaartje in de lezer en deze gaf aan buiten dienst te zijn. Niet erg, gewoon even bellen naar het toeristencentrum. Deze waren natuurlijk gesloten tussen de middag! Een half uur en een geocache later, belden we opnieuw en mochten we door middel van het invullen van een cijfercode op een hangslot naar binnen. Bizar om voor te stellen hoe de soldaten hier gezeten hebben en dat ze in een keer het loopgraaf uit moesten om te gaan strijden, oftewel meteen neergeknald te worden.
Naar ons idee hadden we alle belangrijke dingen in de buurt van Ieper gezien. We gingen naar Gent. We parkeerden onze auto in de straat van de airbnb, maar we hadden gezegd pas ‘s avonds aan te komen. Toch probeerden we aan te bellen, om te kijken of er iemand was. Dat was het geval! De aardige man, wist meteen dat we Nederlanders waren, omdat dat de enige nationaliteit is die probeert om toch eerder te komen! We sliepen in een herenhuis uit begin 1900. Het was een geweldige kamer met een super mooie inrichting. Het nadeel was alleen dat er in het huis maar 1 kraan was. Die zat in de badkamer in de kelder.
We gingen de stad verkennen en besloten ergens wat te gaan drinken. Daar zaten we langs een super schattig oud stelletje. Ze gaven ons allerlei tips. Het was zo gezellig dat ze bij vertrek, vergaten te betalen. Even later stonden ze dus weer naast ons. ‘s Avonds at Danny typische garnalenkroketjes in het aangeraden restaurant van het stel en ik steak tartaar. Omdat het al de hele dag regende, namen we de bus naar het airbnb, natuurlijk wisten we welke bus, omdat het stel dat ons had verteld. De buschauffeuse was heel erg vriendelijk. Ze wilde ons zo dicht mogelijk bij onze slaapplek afzetten. Ze schakelde zelfs de hulp van een passsagier in. Deze liep zelfs met ons mee naar ons air bnb. Wat een service en daar hadden we niet eens om gevraagd!
De volgende dag gingen we Gent nog even verkennen. Danny kreeg op zijn kop van de host, want hij banjerde met zijn schoenen door het huis. Na wat rondgelopen te hebben, zijn we nog een geocache gaan zoeken. Een paar groenwerkers hadden ons in no time in de gaten. Ze kenden het spel en hielpen allemaal mee! Daar kregen we natuurlijk weer bekijks mee van andere mensen. Niet helemaal de bedoeling, wel leuk!
Deel nu: