terug



25-02-2020

Lesbos: Amandelen tellen, poepluiers en indrukwekkende kampen

Na heel wat sponsoractiviteiten van wafelverkoop tot een middag geld ophalen bij de open dag in het AZC, van soepverkoop tot een kerstactie bij onze oud-werkgever en natuurlijke alle andere mensen met een groot hart die ons gesponsord hebben, was het afgelopen zaterdag zo ver. Meagan en ik gingen naar Lesbos om mee te helpen in een vluchtelingenkamp. 

In het vliegtuig kwamen allerlei gevoelens naar voren. Door de media hoorden we de heftigste dingen en hadden we het idee dat we naar een oorlogsgebied gingen. Gelukkig kregen we een geruststellende mailtje van de organisatie, Because We Carry, met de boodschap dat zij voor veiligheid gaan en dat de media het nogal negatief in beeld brengt. Na een nacht op het vliegveld waar we een paar uurtjes probeerden te slapen, moesten we onze laatste vlucht naar Lesbos in een propellervliegtuigje nemen. Het was een spannende vlucht met veel lawaai en te scherpe bochten. Toen we eenmaal geland waren moesten we op zoek naar onze huurauto. Het was een soort geocachen 5.0. We moesten namelijk de bus pakken naar de oude terminal en op basis van foto’s moesten we de auto zien te vinden. Natuurlijk had Meagan, de geocache-expert, het snel gespot. De sleutel lag verstopt in de wielkast. Best bizar om op deze manier de een huurauto mee te nemen. Wat ook bizar was, was het uitzicht op de zee. Deze was prachtig mooi blauw, maar het had zo’n beladen gevoel, omdat daar tienduizenden mensen de oversteek hebben gemaakt vanuit Turkije. Het land zag je zelfs liggen. Turkije is maar 8 tot 10 kilometer van Lesbos vandaan. Als wij als Europeanen naar Turkije willen vanaf Lesbos kunnen we de ferry voor €8 pakken. De vluchtelingen die voornamelijk afkomstig uit Afghanistan zijn, betalen duizenden euro’s voor de oversteek. 
 
Dichtbij het vliegveld hadden we een air bnb geboekt. We kwamen aan in een nogal nostalgisch en eclectisch appartement. Daar hebben we nog een paar uurtjes geslapen en even gedoucht. Vervolgens zijn we naar twee teamgenoten gegaan, Martha en Joke, zij hadden nog een lekkere lunch voor ons. We reden daarna naar het teamhuis. Het ligt in de middle of nowhere, maar wel prachtig direct aan zee. Het is een knus huis van alle gemakken voorzien. We hadden allemaal een centerparcsgevoel. Toen alle 8 de teamleden gearriveerd waren begon de uitgebreide teambriefing. Daarna zijn we naar het gezellige Mytelini gereden en hebben we in een Grieks restaurant de hele tafel vol besteld met allemaal kleine gerechten. 

De volgende morgen ging het dan écht beginnen. Om half 8 verzamelden we op het vluchtelingenkamp Kara Tepe. We kregen eerst een korte rondleiding over het kamp. Daarna gingen we het ontbijt klaarzetten. We vulden 12 bolderkarren met verpakte chocoladecroissants, bananen en tandenborstels. Dat laatste item was een leuke gift die we kregen om uit te delen. Ook kregen de zwangere vrouwen (wat er nogal wat waren!) 10 amandelen. Het was belangrijk om alles goed af te tellen, omdat mensen anders gaan verwachten dat ze de dag erna ook iets extra’s krijgen of dat er juiste scheve gezichten ontstaan naar de mensen die iets extra’s hebben gekregen. Er waren zes secties die onderverdeeld werden om het ontbijt uit te delen. Daarbij werden we geholpen door vluchtelingen die vrijwillig meehielpen. Ze leken haast te hebben om alles uit te delen. Ons was juist vertelt dat we de tijd moesten nemen voor een praatje. Een paar keer hadden we de vrijwilliger een beetje teruggefloten, maar dat had niet veel zin. Een mevrouw rende letterlijk met de bolderkar de heuveltjes op. Het was heel erg leuk om alle producten af te geven aan de mensen. De meeste ontvingen alles met een glimlach. Ze wonen in isoboxen, een soort container met 2 mensen of wel 9 mensen. Ze zijn allemaal genummerd, zodat je met een lijst kon checken hoeveel mensen er woonden en hoeveel producten ze nodig hadden. Het was de taak van ons team om dat te checken. De vluchtelingen zelf kennen natuurlijk veel mensen op het kamp en zouden de een misschien iets meer gunnen dan de ander. Dat is natuurlijk niet de bedoeling. Een aardige Palestijnse vrijwilliger wist al aardig wat Nederlandse woordjes die hij van de vorige Nederlandse teams had geleerd. De sfeer was top!
 
Na het uitdelen van het ontbijt, dronken we samen wat en werden de taken voor de rest van de morgen verdeeld. Ik ging samen met Alex mee met een bootcampgroepje. Door wat organisatorische zaken, werd het een stuk rennen met drie Afghanen, Alex en ikzelf naar een plek waar veel vluchtelingen bij elkaar kwamen en waar van alles te doen was. Van een jongleerklasje tot de gym waar we naartoe gingen. Het was eigenlijk een schuur van 5 bij 3 meter met wel 15 mannen die met afstandse gewichten aan het trainen waren. Ik vond het wel even slikken om in die benauwde ruimte als enige vrouw binnen te stappen. Nadat ze ons bekeken hadden en wij hen, bleek de sfeer heel goed te zijn. Ik schrok wel van een man die aan het trainen was en enorm veel rode en kaarsrechte krassen over zijn hele arm had. Na een half uurtje getraind te hebben, liepen we terug. De vluchteling die mee was gegaan vertelde dat hij eindelijk zijn ID had gekregen. Dat betekende dat hij binnenkort het eiland mag verlaten. Hij had 8 maanden in Moria gezeten. Daar had hij het echt verschrikkelijk gehad. Hij moest uren wachten voor het ontbijt, vervolgens ging hij in de rij staan voor de lunch, toen wilde hi nog douchen en naar de wc en moest hij opnieuw in de rij. Zijn hele dag bestond dus uit wachten op basisvoorzieningen. Vervolgens had hij 8 maanden in Kara Tepe gezeten waar hij het relatief fijn heeft. Hij bleek ook een baby te hebben van 6 maanden. Zou het een keuze zijn of gebrek aan voorbehoedsmiddelen? Ik kwam erachter dat er nog meer georganiseerd was op het kamp dan wat ze ons vertelden. Mensen kunnen onbeperkt koffie en thee halen op het centrale plein, er was een school, een barber, beautysalon, maar er worden ook computerlessen en zelfs gitaarlessen gegeven.

Na het sporten had ik nog even tijd over en ben ik in de beautysalon gaan kijken. Het was er heel gezellig met wel 7 medewerkers (vluchtelingen) in een container. Er was maar liefst 1 klant! Deze klant wilde haar haar blonderen, maar je kon er ook terecht voor een gezichtsmasker, een nagellakje of om je haar te stylen. Erg leuk! Helaas mogen we geen foto’s maken, omdat het natuurlijk geen toerisme of pretpark is. Ook is het zo dat de mensen in gevaar kunnen komen als ze op een foto gespot worden. Sommige foto's in dit blog zijn daarom ook afkomstig van de organisatie en mogen wel gebruikt worden.
 
Na deze mooie ochtend zijn we met z’n allen gaan lunchen. Daarna gingen we naar kamp Moria. Dit is het vluchtelingenkamp waarover de media zoveel schrijft. We waren dus erg benieuwd. Toen we de weg inreden waar het kamp aan lag, zagen we al heel veel vluchtelingen lopen. Het plan was om afval te gaan opruimen. Gewapend met roze keukenhandschoenen en stevige boots begonnen we in grote vuilniszakken afval te stoppen dat aan de weg lag vóór het kamp. Eerlijk gezegd was dat echt ranzig. Vooral als ik afval uit een plas water trok, ging ik bijna over mijn nek. Het rare was ook dat vluchtelingen keken hoe wij het afval opruimde. De organisatie had ook gezegd dat we de mensen niet actief moesten benaderen om mee te helpen, maar als ze het deden was het natuurlijk fijn. Dit werd gezegd met ook een logische reden; wij hadden na afloop namelijk een douche, zij moesten daar uren voor in de rij staan. 
 

Nadat we redelijk klaar waren met de weg, gingen we het kamp in. Het was veel drukker, voller en chaotischer dan Kara Tepe. Veel mensen verkochten ook allerlei spullen, van eten tot telefoonkaartjes en kleding. De tenten en zelfgemaakte huisjes van hout stonden overal. Hele heuvels en grasvelden vol. Ook zag je omgekapte olijfbomen die ze gebruikte als brandhout en niet te vergeten; overal lag afval. Volle poepluiers van baby’s vond ik het ergste. Ook in andere zakjes waar afval in zat, leek poep te zitten. Lege flessen lagen overal in overvloed. We hebben zelfs twee dode kippen opgeruimd. Gelukkig waren hier genoeg mensen om te helpen. Ze wilden waarschijnlijk ook hun paadje voor hun huis schoon hebben. Het bizarre was dat toen we de mensen handschoenen gaven om ons te helpen, ze het plastic waar ze in zaten op de grond gooiden. Er is dus nog een lange weg te gaan om het afvalprobleem op te lossen. Na uren gewerkt te hebben en alle vuilniszakken naar beneden te hebben gesleept, waren we klaar voor die dag althans. We hebben ons geen moment onveilig gevoeld en omdat de vluchtelingen meehielpen was het werk zelfs best leuk afgezien van de stank. 

We gingen lekker naar ons teamhuis waar de warme douche helaas niet op ons stond te wachten, omdat de boiler niet aan had gestaan. De douche kwam er natuurlijk toch. Nogal moe van de hele dag besloten we pizza te laten bezorgen en hadden we nog een gezellig avondje. 
 


Deel nu: